Dt oefeningen tegenwoordige tijd

Vul juist in en klik daarna op controleer om je. Voltooide deelwoorden en persoonsvormen in de tegenwoordige en verleden tijd. Kies uit : t, dt , dd of tt. Raadpleeg bij twijfel het vraagteken(?).

Noteer van de werkwoorden de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd. Gebruik de hintknop als je er niet uitkomt.

Waarom (bieden) hij nog meer? Marlies Mulder meer van haar paard Steffie of van . Ik (worden) later burgemeester van Brugge! Mijn vader (worden) rood als hij lacht.

Het vliegtuig (landen) net op tijd. Oefenen in zoeken pvs, Interactief met o A. Behulp van Muiswerk leren. De dt -regel wordt al heel vroeg aangeleerd en is vrij eenvoudig.

Toch maken wij allemaal.

Tabel Vervoeging van de werkwoorden in de onvoltooid tegenwoordige tijd (ott). Werkwoordvormven oefenen 4de lj. De laatste letter van een werkwoord in de tegenwoordige tijd hangt af van de hoofdpersoon van de zin. Spel werkwoordspelling Verleden tij tegenwoordige tijd , soms kun je alles door de war halen.

Tegenwoordige tijd , verleden tij voltooid deelwoord Kinderen Onderwijs, Huiswerk, Grammatica, Montessori. Vul de lege ruimten in, druk dan op check om je antwoorden na te kijken. Vergeet niet dat je punten . Wat was het weer t, dt ? In de tegenwoordige tijd enkelvoud is alléén deze vraag van belang: moet ik een t aan de stam toevoegen, of niet? Die vraag kun je alleen . Vooral als het gaat om de eindletters t of dt gaat het vaak fout. Nederlands is niet moeilijk, gewoon even oefenen.

Om deze oefening na te kijken klik hier. Dt -regels tegenwoordige tijd oefenen ? In deze categorieën vind je veel van die rare tekÖns. Wanneer dt Er zijn ook een paar dt oefeningen. Alleen in de tegenwoordige tijd vervoeg je met - DT : hij wedt.

Daaronder vind je oefeningen met werkwoordspelling (onder andere tegenwoordige tijd , verleden tijd en voltooid deelwoord). Let bij een persoonsvorm goed op de tijd.

Meestal is wel duidelijk of je een persoonsvorm in de tegenwoordige of de verleden tijd moet invullen. Met name het schrijven van een werkwoord met dt of t. Ik word(t) staat inderdaad in de tegenwoordige tijd waardoor je verder gaat naar stap . Bij deze keuze gaat het om de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd. Stap 1: Bepaal welk onderwerp . Ik loop hij loopt wij lopen. Oefening 1: Maak de zin vragend en schrijf de persoonsvorm op.

Hij werkt heel hard aan zijn. Let op: er komt nooit dt achter een werkwoor alleen een t. De d staat er al omdat het. In tegenwoordige en verleden tijd (met dubbel d of niet).